vrijdag 21 augustus 2015

Hoe het écht gaat

Dit is het vijfde stuk wat ik probeer te schrijven over dit onderwerp. Ik vind het zo moeilijk in woorden te zetten zonder te negatief te doen. Ieder stuk begint positief of neutraal, maar dan glij ik weer af in bitterheid. Dit is de laatste keer dat ik het probeer. Word ik weer negatief; het zij zo. Want dan is mijn situatie dus blijkbaar om te janken.

Per ongeluk Jamaica
Het plan was om, na een succesvolle stage en tijdelijke baan aldaar, na het afstuderen terug te gaan naar Mexico. Maar helaas was mijn baan vergeven aan een vriend van iemand van het Engelse hoofdkantoor. Mijn baas in Mexico was daar zuur over; hij wilde mij terug, omdat ik goed was in mijn werk. Maar helaas, 'mijn' baan was weg.
Toen begon de jacht naar ander werk. Vanuit Nederland solliciteren naar een baan in Mexico is lastig, omdat je eigenlijk alleen het internet hebt om te zoeken. Vrij weinig vacatures belanden online. Toch had ik er eentje gevonden; bij een internationaal duikbedrijf. Ik solliciteerde op hun vestiging in Mexico, maar kreeg uiteindelijk een aanbod voor Jamaica. Daarop heb ik ja gezegd, en zodoende kwam ik hier terecht.

Mijn werk was niet zo fijn. Best kut zelfs. Het duikcentrum was onderdeel van een all-in resort, maar de excursies en duiken waren niet inclusief. De gemiddelde hotelgast was een Heel Naar Persoon. Het leek wel alsof iedereen een high school bully was. Tel daarbij op dat de werkgever ook zeer a-relaxed was, en je hebt een mooi pakket. Maar, het was maar voor een jaar, hield ik mezelf voor. Ik zou geld kunnen sparen en doorreizen naar Mexico om daar op zoek te gaan naar een baan. Maar dat was voordat de relatie met mijn wederhelft serieuzere vormen aannam, voordat we besloten om te zien of ik zwanger zou kunnen raken, voordat de kleine man ter wereld kwam.
Ik heb twee jaar bij het bedrijf gewerkt, en het was ronduit verschrikkelijk. Een wisseling van management maakte het van kwaad tot erger. Om een lang verhaal kort te maken; ik werd als oud vuil behandeld en weggepest door mevrouw de nieuwe baas. Toen de plaatselijke grote baas mij een deal aanbood (ik kon per direct stoppen, mijn verlof uitbetaald krijgen en mijn borg in zijn geheel terugkrijgen) heb ik dat met beide handen aangepakt. Tot ziens, &%"$&
Ik heb totaal niet kunnen genieten van mijn zwangerschap, die zo heerlijk ongecompliceerd was. Het had zo mooi kunnen zijn. Net als de bevalling, maar helaas werd ik in het ziekenhuis gewoon als nummer vijf van de dag afgewerkt.

Nu werk ik niet meer, en in het begin was dat een verademing. Mijn stress-level daalde en de zwarte kringen onder mijn ogen verdwenen. Ik werkte zes dagen in de week, en was op de zevende bezig met huishoudelijke taken waar ik doordeweeks geen tijd voor had. Ik heb Jamaica totdat ik wegging dus gewoon niet meegemaakt.
Nu is dat wel anders. Ik zit er middenin, dag in dag uit. En ik vind het verschrikkelijk.


Jamaica - hoe het echt is
Hoe meer ik te weten kom van Jamaica en over hoe ik mij dien te gedragen, des te meer weerzin dit mij geeft. Ik mag dit niet doen, en ik moet dat doen. Wie mij ook maar een klein beetje kent, weet dat ik hier ab-so-luut niet tegen kan. Iedereen bemoeit zich overal mee.
Mijn wasgoed en wat ik daar al dan niet mee doe is blijkbaar uitermate interessant. Zó interessant dat ik er steeds commentaar op krijg dat ik het niet goed doe. Het mag niet in het donker buiten hangen, ik mag niet dezelfde knijpers gebruiken voor mijn was en de was van de kleine man, ik mag mijn ondergoed niet in het zicht hangen en ga zo maar door.
Het Christendom wordt me hier door de strot gedouwd. Afkeurende blikken als ik aangeef geen religie aan te hangen, en toen ik niet met een groep luidruchtig mee wilde bidden in het ziekenhuis, was de zaal te klein. Ondertussen dansen ze op feesten wel zoals God verboden heeft. Maar blijkbaar is een orgie met kleine kledingstukken aan toegestaan als je de volgende ochtend glory hallelujah staat te roepen met je armen de lucht in.
Hoe hard ik ook mijn best doe om te integreren, ik zal altijd de buitenstaander blijven. Degene die hier niet hoort. En dit laat men je goed merken ook.  'Ey whitey!'. Aanstaren. Wijzen. Nakijken. Lachen. En het staren en kijken is op een manier hoe je naar iemand kijkt waaraan je een hekel hebt. Je bewaart je speciale extra vuile blik voor die persoon. Mean Girls is er niets bij.
Mijn leven hier bestaat vooral uit tegenvallers. Keiharde tegenvallers. Iedere godganse keer dat ik iets probeer te regelen moet er wel wat mis gaan. Ik kan er dan wel een blog over schrijven op zo'n manier dat het grappig lijkt, maar dat is het natuurlijk helemaal niet. Hoe zou je je voelen als je de deur achter je dicht trekt om iets te gaan regelen, wetend dat het de hele dag kan duren en je uiteindelijk nog geen zier verder bent als je weer thuis komt?
De mensen hier lijken niets om elkaar te geven. Ze houden alleen van geld en over elkaar oordelen. Na de geboorte van de kleine man heb ik alleen cadeaus uit Nederland gekregen van vrienden en familie, en van internationale collega's hier. Van mijn schoonfamilie helemaal niets. Ja, bakken met commentaar over hoe slecht ik bezig ben als moeder. (Nog steeds, trouwens)
Vriendendiensten bestaan niet; er moet altijd geld tegenover staan. Toen ik hoogzwanger was, kon ik zelf de was niet meer doen. Ik had geen machine, en ik kon het niet meer naar de wasserette heen en weer slepen. Eén van de zussen van mijn wederhelft heeft een machine, en bood aan het voor mij te wassen (maar niet je ondergoed!). 'Wat lief', dacht ik, vlak voordat ik hoorde dat ik er wel moest voor betalen.

Ik mag dit en dat niet zeggen. Ik moet me overdreven netjes kleden als ik ergens naar toe ga. De lijst gaat maar door. Iedere dag komen er nieuwe dingen bij. Iedere dag voelt het alsof mijn keel een klein beetje meer dichtgeknepen wordt.

En nu?
Ik moet hier weg, voordat ik doordraai. Maar ik ben niet alleen; ik heb een kleine man en wederhelft. De kleine man is nog zo klein dat hij makkelijk mee kan. Dit ligt bij mijn wederhelft wel anders; hij heeft hier zijn familie, vrienden en is hier opgegroeid.
Als ik hier blijf, eindig ik als chagrijnige kettingrokende alcoholist met wild haar. Een dunne versie van Ma Flodder. Daar wordt niemand gelukkig van.

Ik weet niet zo goed hoe nu verder. Ik ben niet gelukkig met de huidige situatie. Ik heb al genoeg ellende te verweken gekregen, keer op keer weer. Ik ben er klaar mee.